De masterclass geeft kennis, inzichten en vaardigheden in hoe u kunt instaan voor sociale veiligheid.
Na afloop is de deelnemer voldoende toegerust om in de praktijk echt het verschil te kunnen maken.
Chronisch sociaal ongewenst gedrag, waar ook pestgedrag onder valt, heeft een ondermijnend en ontregelend effect op je school. Scholen en leerkrachten proberen dit te onderkennen en tegen te gaan. Desondanks blijft het lastig om daar voortdurend grip op te houden.
R. van der Ploeg 2016 RUG, geeft aan dat uit haar onderzoek blijkt dat ondanks alle inzet, methodes en aandacht met name de meest populaire pesters antisociaal gedrag blijven vertonen en dus voortdurend slachtoffers blijven maken.
Dit chronisch sociaal onwenselijke gedrag speelt zich vooral af op schoolgerelateerde vrije momenten (5.000 per jaar) waar (nog) geen toezicht is, of (nog) niet goed mogelijk is en waar de
rechten van de sterkste gelden.
Leerlingen weten in de regel best wel wanneer ze aardig en onaardig zijn en wat sociaal ongewenst gedrag is. Dit weerhoudt een bepaalde groep leerlingen er echter niet van om overlevingsgedrag in te zetten wanneer zij dat nodig hebben in de pikordestrijd voor een zo hoog mogelijke (veilige) positie. Ook niet als dit ten kosten gaat van het welzijn van anderen. Zij zetten dit gedrag dan meestal ook voort op speelveldjes, in buurten, (sport)clubs en ook via social media.
Zij leren al vroeg dit gedrag profijtelijk te maken en verborgen te houden, het zwijgen erover af te dwingen en zich in ‘gesprekken’ sociaal wenselijk voor te doen. Met het jaar wordt met name het subtype hoofdrolspeler, die bovengemiddeld sociaal vaardig is, hier steeds beter in. Meestal ontwikkelen deze kinderen zich later niet tot sociale en aardige mensen.
Er is chronisch gebrek aan feitelijke informatie over dit ondermijnende en ontregelende gedrag. Daardoor loop je voortdurend achter de feiten aan. Je komt dan meestel niet veel verder dan. incidentenreparatie.
Wanneer je niet een op feiten gebaseerd actueel en persoonsgericht beeld hebt over sociale onveiligheid (het wie wat waar wanneer) heb je geen recht van spreken en kun je niet optreden, ingrijpen en gepaste hulp bieden. Het wordt dan lastig om geloofwaardig het heft over sociale veiligheid in eigen hand nemen en deze regie vast te houden.
School dient een actueel beeld te hebben over feitelijke sociale veiligheid en deze aantoonbaar in orde te maken voor alle (type) leerlingen. Dit zowel in de klas als ook in de vele ‘vrije’ situaties in en om de school en voor en na school. Het is lastig maar niet onmogelijk om feitelijk te voldoen aan deze zorgplicht m.b.t. sociale veiligheid.
Maar het gaat niet vanzelf goed en zeker niet door meer van hetzelfde te doen of met vrijblijvende socialiserende zorg of vrijwillige hulpverlening.
De masterclass richt zich op het actualiseren, verdiepen en verbreden van inzichten, kennis, vaardigheden en basishouding die van belang zijn voor de pedagogische bekwaamheden van de leraar die een rol spelen bij het heft in eigen hand kunnen nemen m.b.t. regie nemen op sociale veiligheid. Dit om in te kunnen staan voor een sociaal veilig pedagogisch klimaat in uw klas en in en om uw school.
Het einddoel is om ook ingewikkelde kwesties op het terrein van sociale veiligheid adequaat het hoofd te kunnen bieden.
Onderwijsprofessionals uit het PO/VO/MBO
De trainingsdagen zijn interactief van opzet met gelegenheid tot discussie, uitwisseling van ervaringen, het stellen van vragen en advies op maat over adequate oplossingen voor actuele situaties.
Eerste dag - theorie
Voorafgaande aan de eerste dag een inforeader bestuderen (4 uur)
- inloop en ontvangst
- kennismaking, identificatie en urgentiebesef
- hardnekkigheid, ernst en omvang van het probleem
- autonome aanpassingsmechanismes
- wettelijke kaders sociale veiligheid in het onderwijs
- begrippen kaders
- theoretische onderbouwing
- gedragsproblemen en sociale veiligheid
- game change
- huiswerkopdracht en afsluiting
Tweede dag - praktijk
Voorafgaande aan de tweede dag een huiswerkopdracht uitvoeren (4 uur)
- inloop en opstart
- uitwerking huiswerkopdrachten
- wat kun je er aan doen
- regulerende interventies
- attitudes
- inbreng eigen casussen voor advies
- do's en don'ts
- afsluiting
Na afloop heeft de deelnemer kennis genomen van:
1. nieuwe wetgeving m.b.t. de zorgplicht tot sociale veiligheid
2. de mogelijkheden om te voldoen aan de verplichte monitoring voor een actueel beeld
3. veilig en verantwoord omgaan met persoonsinformatie
4. rechtsregels m.b.t. schorsen, verwijderen en aansprakelijkheid
5. de nieuwste vormen van sociaal onwenselijk gedrag die sociale veiligheid ondermijnen
6. welke uitlokkende factoren er zijn waaronder overlevingsgedrag vanzelfsprekend is
7. waarom scholen natuurlijke vindplaatsen zijn die misdragingen uitlokken
8. de wisselwerking tussen sociale onveiligheid en sociaal onwenselijk gedrag
9. het belang van een externe attributiefocus bij sociaal onwenselijk gedrag
10. theorie die verklaart waarom misdragingen in onveilige situaties vaker voor komen
11. de modus operandi van het pestproces, de vijf fasen
12. hoe structurele misdragingen buiten beeld worden gehouden en veiligheid ondermijnend zijn
13. waarom structurele misdragingen voor het onderwijs vaak een blinde vlek is
14. rol, positie en profiel van het type 'hoofdrolspeler'
15. waarom naast socialisatie ook regulatie en organisatie van belang is
16. wat de grenzen zijn van het zachte heelmeesterschap
17. waarom het moment van verandering bij volwassenen ligt
18. gedragsproblemen die mede ten grondslag kunnen liggen aan sociaal onwenselijk gedrag
19. het belang van het veilig verzamelen van info met een meldknop
20. de do's en don'ts in succesvol regie op sociale veiligheid
Na afloop is de deelnemer in staat om:
1. bestaande diepgewortelde overtuigingen, opvattingen en zienswijzen waar nodig bij te stellen
2. het heft in eigen hand te nemen m.b.t. regie nemen op sociale veiligheid
3. middels georganiseerde oplettendheid systematisch informatie te verzamelen over misdragingen
4. wat eerder onzichtbaar bleef aan structurele misdragingen zichtbaar te maken
5. vast te stellen waar misdragingen nog bij opgroeigedrag horen en wanneer het destructief wordt
6. zicht te hebben op wat er nodig is om de hoofdrolspelers te kunnen onderscheiden en te stoppen
7. zich te richten op gedragsregulatie door de context te veranderen - situationele regulatie
8. klassenrondes te houden en naast aanspreken, kinderen ook te ontschuldigen en te helpen
9. uit de schuldvraag te stappen en misdragers niet te straffen maar te helpen met stoppen
10. de z.g. gelegenheidsbeperkende- en/of risico beschermende maatregelen toe te passen
11. waakzame omringende zorg in te zetten om onderlinge strijd uit te laten doven
12. stagnatie in groepsontwikkeling tijdig te herkennen en doorontwikkeling te stimuleren
13. in te zetten op hulp vanuit de eigen klas en rehabilitatie van- en verzoening met ex misdragers
14. in lastige situaties een positieve basishouding te handhaven
15. een ieders medestander te zijn en niemands tegenstander, verbindend zijn
16. aan te geven wat er nodig is aan beleidsactualisatie en taakbelegging voor borging
17. je te verantwoorden naar ouders en inspectie over feitelijke resultaten
18. ook bij anderen de twijfel over de ernst en het bestaan van structurele misdragingen weg te nemen
19. te voldoen aan de nieuwe vergaande wettelijke zorgplicht tot sociale veiligheid
De masterclass is gebaseerd op 10.000 uur praktijkervaring op vele scholen en ruim vier jaar doorontwikkeling van de aanpak in de praktijk. De aanpak baseert zich op de inzichten van Zimbardo, Foucault, Omer, Nagy, Dweck, Lipton, Rosenberg en Konig e.a., zoals beschreven in de inforeader. De opbouw van het programma volgt de leerstadia van Maslow waarbij de focus vooral op de fase van 'bewust onbekwaam' naar 'bewust bekwaam' ligt. De opzet volgt de leercyclus van Kolb. Vanuit de concrete ervaring, naar reflectie en theorie. Vanuit de theorie naar het actief oefenen. Vanuit actief oefenen naar het toepassen in de praktijk.
Het IvSV is als aanbieder van deskundigheidsbevorderende activiteiten gevalideerd door het Lerarenregister. Deze Masterclass is gevalideerd door het lerarenregister voor 22 registeruren.
Bij volledige aanwezigheid, vooraf bestuderen van de reader en het uitvoeren van de huiswerkopdracht opvangt u een bewijs van deelneming met de registercode.
Trainer
Lourens de Bakker
Incompany
Deze masterclass wordt bij een minimale deelname van 5 deelnemers incompany verzorgd, op eigen locatie over twee dagen of vier dagdelen. De incompany kosten zijn € 375,- per deelnemer.
Het IvSV is een door de CRKBO erkend opleidingsinstituut voor kort beroepsonderwijs. Hierdoor zijn de deelnamekosten vrijgesteld van BTW.
Hier kunt u een aanvraag doen voor deze incompany masterclass. Ik neem dan contact met u op voor nadere afstemming.